Beltrum 2009, door Aalt
Als je je duimen voorzichtig onder de dop van een champagnefles zet en gecontroleerd de druk opvoert, weet je dat er een knal gaat komen. En toch komt zo’n klap onverwacht.
Dichter J.C. Bloem zegt in de derde strofe van het gedicht Domweg gelukkig in de Dapperstraat:
“Alles is veel voor wie niet veel verwacht,
de wereld houdt zijn wonderen verborgen
tot het ze, opeens, toont, in hun hogen staat”
Laat ik aan de hand van deze voorbeelden eens inzoomen op één van de prachtige onderdelen van de groepsrun. Aan een boom hangt op pakweg drie meter hoogte een niet mis te verstane boomstam, een minstens vijftig jaar oude eik. Onder deze bomenpoort ligt een dik touw met aan beide uiteinden een ruime lus waar makkelijk een herenschoen maat 43 in past. In de groepsrun mag je samenwerken om één en ander wat lichter en aangenamer te laten verlopen. Je moet hier kijken met enerzijds een sportieve en anderzijds een donders luie blik. Je probeert een hindernis zo efficiënt mogelijke te nemen en als dat gladjes verloopt zit daarin een groot deel van de voldoening.
Wij (veteranen Fit Zeist) verzonnen in goede samenspraak het volgende plan. Wij smeten het touw over de bovenligger zodat aan weerszijden van de stam de uiteinden naar beneden hingen. Als veteraan Gert nou een zijn schoen in de lus zou zetten en de veteranen Marten en Aalt aan de andere kant gingen trekken, zou hij soepeltjes naar boven gaan ( een beetje zoals in een bejaardenlift aan de trapleuning). Hij zou boven op de eik plaats kunnen nemen, op zijn beurt zou de volgende veteraan in de lus gaan staan om de volgende veteraan een zelfde behandeling te gunnen. Gerts massa kon ingezet worden als tegenwicht om de volgende veteraan op te hijsen. Survivallen op z’n zondags, wij voorzagen een gat in de markt.
Welnu, een groot deel van het plan lukte, Gert zette zijn voet in de lus, Marten en Aalt brachten het touw op spanning, en in gedachten zoefde Gert hemelwaarts. In gedachten, want hoe hard wij ook aan het touw sjorden Gert bleef op aarde staan. Toen Gert de tip ter harte nam om niet zijn eigen opgaande touw vast te pakken, maar benedenwaartse druk op het neergaande touw uit te oefenen, werd de wrijvingskracht op het boventouw, die tot dan toe alle krachten in evenwicht had gehouden, plots overwonnen. Nu zweefde Gert hemelwaarts en Marten en Aalt lagen in een split-second met hun snuit in de Beltrumse klei. Sportief van Gert om zich razendsnel bij hen te voegen. Het ging allemaal zo snel dat niemand lachte.
Wij verzonnen een plan dat meer inzet vereiste, besloten dat moe worden er bij hoort en togen verder op onze heldentocht en genoten met volle teugen van de onverzettelijke vriendelijkheid van de enorme schare goedgeluimde vrijwilligers die weer en wind trotseerden om ons en onvergetelijke dag te bezorgen.
Aalt Prins, zondag 4 januari 2009